Voor 1570 was de Heerlijkheid Saeftinghe zeer vruchtbaar polderland. Het was op de zee gewonnen door bedijkingen. De belangrijkste bestaansvormen waren landbouw en het zogenaamde moerneren. Dat was het winnen van turf, die in de ondergrond zeer veel voorkwam. Deze turf werd als brandstof gebruikt en er werd zout uit gewonnen.

Er lagen 4 dorpjes in de Heerlijkheid, namelijk Saeftinghe, Namen, St. Laureins en Casuele.

Bij het dorp Saeftinghe was ook nog een kasteel gelegen. Tijdens de Allerheiligenvloed van het jaar 1570 liep het grootste gedeelte onder water. Vier jaar later sloeg de zee toe en reikte het "Verdronken Land" tot bij de plaatsen Beveren, Verrebroek en Sint Gillis in België. Het dorp Saeftinghe en nog enkele andere stukken bleven behouden. In die tijd werd de 80-jarige oorlog gevoerd. Dit was de strijd tussen de Nederlanden en Spanje. In 1584 staken de soldaten van de Nederlanden de laatst in takt gebleven dijken door, waardoor de totale vernietiging van de Heerlijkheid en een deel van noordoost Waasland een feit geworden was. Daarna is men opnieuw begonnen met bedijken. De laatste polder die bedijkt is, is de hertogin Hedwigepolder, voltooid in 1907. Wat nu nog over is, is een oppervlakte van ongeveer 3500 hectare, bestaande uit schorren (= begroeiing) en slikken. Het gebied is doorsneden met honderden grote en kleine geulen.

De 3 hoofdgeulen zijn : Speelmansgat, IJskelder en Hondegat, welke zich naar de dijk toe steeds vertakken, totdat ze uiteindelijk doodlopen. Tweemaal in de 25 uur lopen deze geulen helemaal vol. Bij springtij en storm komt de begroeiing onder water. Het water stijgt met meer dan een meter per uur.

Het Verdronken Land van Saeftinghe is het grootste brakwatergebied van West-Europa. Het water is ongeveer half zo zout als zeewater. Het gebied is in z'n geheel natuurreservaat. Het is niet alleen belangrijk als broedgebied, maar ook als overwinterings- en rustgebied. Het aantal vogels dat hier overwintert, loopt in de tienduizenden. In de loop der jaren heeft men er meer dan 200 verschillende vogelsoorten waargenomen! De flora is geheel aangepast aan het brakke water. In totaal treft men ongeveer 40 verschillende plantensoorten aan. Het gebied is sinds 1976 definitief onder de Natuurbeschermingswet geplaatst, hetgeen wil zeggen dat het voorgoed beschermd natuurreservaat blijft. Het beheer is in handen van de stichting "Het Zeeuwse Landschap".

De legende van het Verdronken Land van Saeftinghe

"Heel lang geleden bestond het gebied uit vruchtbare polders.
Rijke boeren bezaten dit land van de dubbele korenaren.
De boeren waren zo rijk dat ze hun paarden besloegen met gouden hoeven.
De drempels van hun huizen waren eveneens van goud.
Maar op een dag keerde het tij.
Een visser ving een mooie zeermeermin.
Haar man smeekte de visser om zijn vrouwtje terug te geven.
Maar de visser weigerde koppig.
En zo bezegelde hij het ellendige lot van het welvarende poldergebied.
De zeemeerman sprak immers een vloek uit : 'Het Land van Saeftinghe zal vergaan, alleen de kerktorens zullen blijven staan!’ En zo geschiedde het....."

Saeftinghe

Al in mijn vroege jeugd trok dit gebied mij aan. Die verre onbekende horizon gaf mij vele vraagtekens. De oude vissersboten in de haven van de Emma, het was voor ons al een speeltuin maar tevens een hint voor een verder leven op het water "de Westerschelde". Vele zoektochten naar aangespoeld materiaal van schepen, zeg maar gerust ik was een kleine bitskoemer. Met de kennismaking van mijn vrouw en tevens mijn schoonvader werd Saeftinghe mijn leven. Het vissen met een harpoen deed denken aan mensen in de wildernis. Maar Saeftinghe werd aangeslagen door de overdreven natuurlobij. En ik werd de toegang geweigerd. Dit telde niet voor mijn, en bleef in het gebied komen. En er werd gedacht om van mij een gids te maken. Dat is dan goed gelukt, want vele duizenden mensen heb ik er rondgeleid. Bij een onenigheid met de groene jongens en op 65 jarige leeftijd ben ik gestopt, toen had ik 1275 geleide tochten op mijn naam staan. Tochten van 12 á 15 km waren heel gewoon. Het is berekend dat ik vanaf mijn jeugd tot mijn 70 jaar ongeveer 50.000 km heb afgelegd in dit bijzonder mooi gebied. Vele vrienden heb ik daardoor gemaakt. Neem er nog een werkzaam leven op de Schelde erbij dan begrijpt iedereen dat ik de Schelde en Saeftinghe liefheb.

Getekend Richard Bleijenberg (april 2006)